In de afgelopen delen hebben we het gehad over het personeelstekort in de verspaning, over het falen van traditionele werving en over de kennis die verdwijnt met de pensioengolf.
Maar er is iets dat nog fundamenteler speelt.
Want dit gaat niet alleen over openstaande vacatures. Dit gaat over de toekomst van ons vak.
Het begint op school
In 2017 begonnen ruim 300 leerlingen aan een BBL-opleiding in de verspaning.
In 2021 waren dat er nog maar 175. En in 2025 ligt dat aantal volgens opleidingscentra nog lager.
Op sommige ROC’s melden zich tegenwoordig slechts één of twee leerlingen per jaar.
Hoe houd je dan een opleiding overeind? Hoe leid je dan een nieuwe generatie vakmensen op?
Ondertussen telt de sector zo’n 10.000 mensen en neemt de vergrijzing snel toe.
In 2012 was 4 procent van de werknemers in de verspaning zestig jaar of ouder. In 2022 was dat al 12 procent.
We hebben het dus niet alleen over lege werkbanken, maar ook over verdwijnende vakkennis.
Wat gebeurt er als we niets doen?
De gevolgen zijn allang zichtbaar:
Opleidingen sluiten omdat ze te weinig aanmeldingen krijgen
Jongeren weten nauwelijks wat verspaning inhoudt en kiezen andere richtingen
De kennis verdwijnt, omdat er niemand is om het over te dragen
Bedrijven moeten klanten afwijzen
Teams raken overbelast, het verzuim stijgt
Volgens de Benchmark Verspanen zegt 17 procent van de bedrijven dat ze regelmatig opdrachten moeten weigeren.
Niet vanwege machines of materialen, maar omdat ze simpelweg niemand hebben om het werk te doen.
En terwijl dit gebeurt, staan er in de techniek nog steeds meer dan 75.000 vacatures open.
Wat kunnen we wél doen?
We kunnen iets veranderen. Niet door te wachten, maar door in actie te komen.
En dat begint bij jezelf. Bij je team. Bij je bedrijf.
1. Zoek de samenwerking met scholen
Leerlingen komen niet vanzelf naar je toe.
Je zult zelf de verbinding moeten zoeken.
Geef een gastles. Nodig klassen uit. Laat ze iets maken. Laat ze ervaren wat verspaning is.
Als jongeren het vak niet zien, zullen ze er ook nooit voor kiezen.
2. Zorg voor een sterke leerwerkplek
Een erkenning als leerbedrijf is mooi, maar het gaat erom wat je ermee doet.
Een goede leerwerkplek betekent begeleiding, meewerken aan echte projecten en ruimte om te leren.
En wie weet staat daar je nieuwe collega al voor je.
3. Denk ook aan zij-instromers
Niet iedereen komt van het mbo.
Er zijn duizenden mensen die zich willen omscholen.
Technisch talent met andere achtergronden. Handige mensen die nog nooit van verspaning hebben gehoord, maar wel de skills hebben.
Zij kunnen met de juiste begeleiding een waardevolle aanwinst zijn.
4. Laat de wereld zien hoe mooi dit vak is
Verspaning is precisie, techniek, vakmanschap.
Maar wie weet dat?
Gebruik je website, je social media, je vacatures.
Laat zien wat je maakt, hoe je werkt en wat mensen bij jullie kunnen leren.
Want onbekend maakt onbemind.
Waarom dit ertoe doet
Dit is niet iets dat je op z’n beloop kunt laten.
Als we de instroom niet vergroten, zijn we straks niet alleen collega’s kwijt,
maar ook complete opleidingen, machines die stilstaan en klanten die afhaken.
Maar als we nú investeren, kunnen we het tij keren.
Wat levert dat op?
De opleidingen blijven bestaan
Er komt weer nieuwe instroom
We houden kennis en capaciteit in de sector
Teams raken minder overbelast
Bedrijven kunnen blijven groeien
En misschien wel het belangrijkste:
We laten zien dat we trots zijn op dit vak. En dat we er alles aan doen om het door te geven.
👉 Wil je sparren over wat jij kunt doen?
Of wil je weten hoe CNC Match je hierbij kan helpen, bijvoorbeeld door jouw leerwerkplek beter zichtbaar te maken?
Mail me op jeroen@cncmatch.nl. Ik denk graag met je mee.
📌 Gemist wat eraan voorafging?
Volgende keer in deel 5
Dan gaan we het hebben over het imago van het vak.
Waarom jongeren denken dat verspaning ouderwets is en hoe we dat beeld kunnen veranderen.
Deel dit blog gerust met collega’s of scholen.
Want de oplossing begint bij bewustwording. En die begint hier.